Het diepere motief van Leda en de zwaan, als “hemelbode” is, dat het beeld, in statigheid, gebaar en waardigheid, een oproep wil zijn, om in een tijdsbeeld van veranderende tijdgeest, wakker te worden, voor de vraag naar het wezen van het menszijn, zijn oorsprong en uiteindelijke bestemming. Ook of, onze zintuigelijk waarneembare wereld, met alle verworvenheden van de natuurwetenschappen, de enige realiteit en werkelijkheid is. Of, dat de materiële wereld verbonden en verweven is, met een onbegrensde geestelijke wereld, erachter.
Door deze als realiteit te beschouwen, kunnen we er ook een verhouding toe krijgen en mogelijk een weg vinden, deze met elkaar te verbinden. Zo is het beeld van Leda, hemelwaarts gericht, met de zwaan liefdevol aan haar zijde.
In het mythologische verhaal van Leda en de zwaan, beleefden de Grieken, hoe Zeus in de gedaante van een zwaan, de aardse vrouw Leda bevruchtte. Zeus, als hemelse oppergod en Leda, als koningin van Sparta. Uit dit samengaan werd de schone Helena geboren, die naar Griekenland gehaald moest worden.
De cultuur der Grieken kon nu tot bloei komen en Troje moest ten ondergaan.
Het sterrenbeeld “Zwaan”, hoog boven aan de hemelkoepel, was voor de Grieken het symbool voor Zeus. In onze westerse traditie associëren we eigenschappen als gratie en zuiverheid ook nog aan de zwaan.
In de geschiedenis van Lohengrin, zoon van Parseval, verscheen de zwaan, toen hij zijn missie aanvaardde. Hij is de Zwaanridder, die als bevrijder naar onze streken kwam. Zijn taak was, om ons te doordringen van de nieuwe tijd, waarin onze ziel zich op spirituele wijze, dieper moet en kan verbinden met ons aardse doen en laten.